Geschiedenis en informatie over oorknopjes
Ze zijn zo ingeburgerd in de westerse maatschappij. Je hebt ze in alle soorten en maten en gemaakt van diverse materialen. Of je nu van klassiek of modern houdt: er is voor ieder wat wils. Maar hoe is het idee om oorbellen te dragen ontstaan en waarom zijn we hier zo massaal aan verknocht?
Geschiedenis
Uit onderzoek is gebleken dat onze voorouders al 3000 jaar voor Christus, oorbellen droegen. Ze werden overwegend gemaakt van edelmetalen (voornamelijk goud en soms zilver) en vormden een statussymbool onder de allerrijksten. In de daaropvolgende jaren werden de oorbellen steeds mooier en groter. Er werden nieuwe edelstenen en diamanten aan toegevoegd en de ontwerpen waren onderheving aan de trends van de desbetreffende tijd. Tegenwoordig zien we naast de populaire oorbellen van edelmetalen, ook vernieuwde ontwerpen van hout, glas, titanium, hoorn of been of zelfs silicone een opmars maken. Het nadeel van een aantal van deze materialen is dat ze gevoeliger zijn voor invloeden van buitenaf en daardoor minder duurzaam.
Irritatie oorknopjes
Voor liefhebbers van oorknopjes is het altijd even afwachten of je oorknopjes van alternatieve materialen kunt dragen. Nepzilver kan soms roodheid en irritatie veroorzaken aan het oor en dan is het beter om oorknopjes te dragen die van goud of zilver zijn gemaakt. Sommige mensen kunnen alleen nog maar zweerknopjes verdragen. Dit zijn de knopjes, gemaakt van chirurgisch staal, die je gedurende zes weken in je oor moet houden nadat de gaatjes geschoten zijn. Hoewel vroeger het aanbod in zweerknopjes minimaal was, zie je nu steeds leukere ontwerpen op de markt komen!
Babies en kleine kinderen met oorknopjes
In veel landen is het traditie, maar in andere landen – zoals bijvoorbeeld Duitsland – wordt het als kindermishandeling gezien. Hoe schattig die fonkelende knopjes er ook uitzien bij babies en kleine kinderen: het is en blijft een permanente beschadiging van het oor. Het beste is om te wachten totdat het kind zelf kan aangeven dat het knopjes in de oren wilt.